De grasparkiet


DE GESCHIEDENIS

Het land van herkomst van de grasparkiet is Australië. De in de handel voorkomende grasparkieten zijn allen in Nederland in volière of kooien gekweekt. De oorspronkelijke kleur van de grasparkieten is lichtgroen, maar door intensieve kweekmethoden, kennen we nu tientallen kleuren zoals; lichtblauw, donkerblauw, violet, geel, wit, enz.
Er is geen vogel die de harten zo snel heeft kunnen veroveren als de grasparkiet. Niet alleen door zijn mooie kleuren of het snelle aanpassen in een gezin, maar ook het tam maken en leren spreken van deze vogels gaat zeer makkelijk.
In korte tijd zijn de resultaten verbluffend.

HUISVESTING
In uw huisdierenspeciaalzaak zijn verschillende modellen parkietenkooien verkrijgbaar. Kies voor een ruime kooi (minimaal 40 x 25 x 35 cm hoog), waarvan de tralies horizontaal lopen, voor veel klimplezier met stevige liefst houten zitstokken. De kooi voor grasparkieten moet op een vocht en tochtvrije plaats gezet worden, zonder dat de zon de hele dag in de kooi schijnt.

Als dat toch zo is, zorg dan voor een schaduwplekje. Zet of hang de kooi op ooghoogte, u doet daarmee de vogel echt een plezier. Als bodembedekking worden i.p.v. schelpenzand steeds vaker plantaardige korrels gebruikt (met milieukeur, dan kan alles bij het schoonmaken in de groencontainer!) Deze bodembedekking stuift veel minder, en neemt beter vocht op. Over deze bodembedekking strooien we wat vogelgrit met maagkiezel, nodig voor de mineralen en een optimale spijsvertering.

DE VOEDING

Grasparkieten zijn zaadeters, het hoofdvoer voor grasparkieten bestaat dan ook uit een mengsel van zaden die zij ook in de natuur eten. Grasparkieten pellen het zaad, de zaaddopjes blijven in het voerbakje achter. Blaas elke dag deze lege zaaddopjes weg, en pas als alle zaden bijna op zijn weer bijvullen. Naast dit hoofdvoer bestaat de dagelijkse voeding voor 1/3e deel uit eikrachtvoer. In dit eikrachtvoer zitten o.a. dierlijke eiwitten die van groot belang zijn voor de conditie van uw vogel. Ook trosgierst (zaden in de halmen) mag in de kooi nooit ontbreken, het is heel gezond en geeft uw grasparkieten een goede afleiding. Ondanks dat grasparkieten heel weinig drinken, moet u toch iedere dag het drink en badwater verversen (niet te koud). Verder maken een mineraalblokje en wat knabbeltakjes van bijvoorbeeld wilgenhout het menu kompleet. Ook groenvoer mag u aan uw parkieten geven, maar wel steeds zeer kleine stukjes. Door het eten van teveel of nat groenvoer, kan diarree ontstaan.

WETENSWAARDIGHEDEN
Voor het tam maken moet men een jonge parkiet nemen. Het makkelijkste is een vogel van zes weken. De eerste dagen laat u de parkiet in zijn kooi zitten en aan de nieuwe omgeving wennen. Het komt veel voor dat de jonge vogel de eerste dag, soms ook wel twee dagen niet wil eten. De vogel zit maar stil op een stokje of zelfs op de bodem van de kooi. Men spreekt dan van een aanpassingscrisis. Na één of twee dagen zal de vogel zich hebben aangepast. Strooi ook wat voer op de bodem van de kooi, totdat u ziet dat hij uit de voerbakjes heeft gegeten. Is de parkiet wat gewend, probeer hem dan op zijn borst te aaien, duw zachtjes tegen zijn buik aan en kijk of hij in de kooi op uw vinger wil gaan zitten, en laat hem overstappen op uw andere vinger. Is hij dit in de kooi gewend, probeer het dan ook buiten de kooi. Als u hem terug in de kooi wil zetten, laat hem dan van uw vinger af in de kooi klimmen. Zo zal hij ook weer in zijn kooi gaan als hij later wat rond heeft mogen vliegen. Op deze manier bouw je het spelen met de parkiet op. Let op dat u dit het eerst in de avonduren doet, als het buiten wat donker is, zal hij niet zo makkelijk tegen de raam aan vliegen. U kunt natuurlijk ook de gordijnen sluiten om hem te laten wennen. Let altijd goed op andere huisdieren zoals hond of kat, en controleer of ramen en deuren goed gesloten zijn!

Grasparkieten zijn echte gezelschapsdieren. Het is daarom ook veel leuker om twee of meer parkieten te houden. Als u beide tam wil maken, koop ze dan niet tegelijkertijd. Schaf de tweede parkiet aan als de eerste tam is. U kunt dan weer wat meer tijd besteden aan de tweede parkiet en de reeds tamme huisgenoot zal dan de nieuwe vogel meenemen door de kamer en na enkele dagen of weken zal ook deze parkiet zich volledig hebben aangepast. Het leren praten van meerdere parkieten kunt u wel vergeten, zij spreken dan hun eigen taal. Een parkiet die alleen gehouden wordt zal sneller de geluiden van mensen overnemen. Grasparkieten moeten regelmatig vrij rondvliegen. Let op dat ze niet van de kamerplanten eten, omdat sommige giftig zijn. Het is wenselijk de vogel in huiselijke kring te plaatsen, waar de grasparkiet voldoende gezelschap heeft. Een slaap of studeerkamer is dus niet de aangewezen plaats. Een parkiet houdt van gezelligheid, en is een van de meest speelse vogels die er zijn. Afleiding kunt u hem ook geven in de vorm van speelgoed. Er zijn schommeltjes, spiegeltjes en vele andere speeltjes. Met deze speeltjes kan de parkiet zich urenlang vermaken en vertelt hele verhalen aan zijn evenbeeld in het spiegeltje. Gebruik spiegeltjes nooit in de periode dat u de grasparkiet tam probeert te maken, het leidt teveel af!

Ook grasparkieten nemen een bad. Er zijn badjes verkrijgbaar die voor de deuropening van de kooi geplaatst kunnen worden. De grasparkieten zullen niet zo makkelijk een bad nemen als een kanarie. In de natuur wassen grasparkieten zich met de druppels die van de bladeren komen na een regenbui of van de dauw. Als een grasparkiet niet wil baden dan is het aan te bevelen de vogel met een plantenspuit te besproeien. Het verenpak heeft absoluut vocht nodig, zeker door de droge lucht in onze woningen met centrale verwarming.

VOORTPLANTING
Als u met de grasparkieten wilt broeden moet u er zeker van zijn dat u een mannetje en vrouwtje heeft. Als de neusdoppen boven de snavel blauw zijn heeft u zeker een mannetje. Bij mannetjes van gele, witte of bonte grasparkieten is de kleur van de neusdop roze met een blauwe waas. Alle vrouwtjes hebben een bruine neusdop.
U kunt met de grasparkieten kweken als ze ongeveer 6 tot 8 maanden oud zijn.
In uw huisdierenspeciaalzaak zijn nestkasten te koop speciaal voor grasparkieten, uitgeholde berkenboomstammen of houten nestkasten van 25x15x15 cm. De deksel moet eraf kunnen om nestcontrole mogelijk te maken. Het duurt een tijdje voordat de grasparkieten aan de nestkast gewend zijn, maar als het popje eenmaal haar eerste eitje gelegd heeft, zal ze niet vaak meer buiten de nestkast te zien zijn.
 
Om de 2 dagen legt ze een ei, per broedsel tussen de 4 en 6 eitjes die na 18 dagen broeden uitkomen. Na ongeveer 30 dagen komen de jongen uit het nest. Ze moeten nog enkele dagen bij hun ouders blijven zitten, voordat ze helemaal zelfstandig zijn.
 
GEZONDHEIDSZORG
Minstens één maal per jaar is uw parkiet in de rui. U herkent deze periode door de vele losse veertjes die u in zijn kooi vindt. Dat vernieuwen van het verenkleed kost meer energie dan u denkt, het verlaagt sterk zijn weerstand. Het is dan ook aan te raden gedurende deze periode extra vitaminedruppels en mineralen aan het voer toe te voegen. In de natuur houden vogels door krabben etc. hun nagels kort.

Wij moeten ze een handje helpen. Dat knippen kunt u best zelf, als u maar zorgt dat u de nagelader niet doorknipt. U kunt de nagels ook laten knippen in uw huisdierenspeciaalzaak. Een gezonde parkiet is levendig en laat zich regelmatig horen. Blijft uw parkiet echter op de grond zitten, of steekt hij zijn kop tussen zijn veren, dan is er duidelijk iets mis. Zet de parkiet op een constant warme plaats (max. 35 gr.), controleer of de ogen en neusgaten van uw parkiet schoon en helder zijn en of hij geen diarree heeft. Aarzel niet, en raadpleeg in zo'n geval altijd meteen uw DISCUS huisdierenspeciaalzaak of dierenarts.

Minimaal een keer per week moet u de hele kooi schoonmaken, ook de zitstokken en het speelgoed niet vergeten. Door een schone kooi worden ziektes voorkomen.